Dapagliflozine is een SGLT2-remmer. Het wordt gebruikt bij de behandeling van diabetes mellitus type 1 en type 2 en bij chronisch hartfalen met een verminderde ejectiefractie.
In deze Challenge over dapagliflozine leer je:
1 bij welke aandoeningen dapagliflozine wordt gebruikt
2 wat de belangrijkste bijwerkingen zijn
3 wanneer dapagliflozine niet mag worden gebruikt
De toets bij dit artikel is niet meer beschikbaar. Eerder behaalde accreditatiepunten blijven gewoon geldig.
NIEUW: de toetsen zijn nu ook beschikbaar via de Nursing Challenge app. Scan onderstaande QR-code
Of download de app op je smartphone via deze link
illustratie: Bernet Ragetli
toets: Anna-Marie Mollink
Dapagliflozine (Forxiga®, in combinatie met metformine: Xigduo®) wordt onder meer ingezet bij de behandeling van diabetes mellitus. Het middel remt de natriumglucosecotransporter 2 (SGLT2) in de proximale niertubuli (nierbuisjes). SGLT2 is het belangrijkste eiwit dat betrokken is bij terugresorptie van glucose uit de voorurine. Doordat dapagliflozine SGLT2 remt wordt minder glucose uit de voorurine geresorbeerd. De patiënt plast meer glucose uit met de urine. Dapagliflozine verlaagt het HbA1c met ongeveer 7-9 mmol/mol, afhankelijk van de uitgangswaarde van de bloedglucoseconcentratie en de nierfunctie.1
Ook chronisch hartfalen kan een indicatie zijn voor dapagliflozine. De uitscheiding van natrium in de urine neemt namelijk juist toe door gebruik van dapagliflozine. Dit leidt tot een afname van het intravasculaire volume, een verlaging van de bloeddruk en een lagere pre- en afterload van het hart. Daardoor verlaagt dapagliflozine de sterfte bij patiënten met hartfalen of een chronische nierziekte.1,2
Andere SGLT2-remmers zijn canagliflozine (Invokana®), empagliflozine (Jardiance®, in combinatie met metformine: Synjardy®) en ertugliflozine (Steglatro®, in combinatie met metformine: Segluromet® en in combinatie met sitagliptine: Steglujan®).1
1 Wanneer wordt dapagliflozine gebruikt?
Bij diabetes type 2 is monotherapie met dapagliflozine een optie als de patiënt een intolerantie heeft voor metformine. Dapagliflozine kan ook worden voorgeschreven in combinatie met andere bloedglucoseverlagende middelen als die onvoldoende effect hebben. Volgens de NHG-standaard Diabetes mellitus type 2 komen SLGT2-remmers pas in beeld als met metformine, sulfonylureumderivaten, insuline, DPP-4-remmers en GLP-1-agonisten, geen glykemische controle wordt bereikt.3
Bij diabetes mellitus type 1 wordt dapagliflozine gebruikt als aanvulling op insuline bij patiënten met een BMI ≥ 27 en onvoldoende effect van insuline.5
Meer punten verdienen?
Maak ook de andere Nursing Challenge toetsen, je vindt ze via de Challenge-pagina.
2 Wat is de dosering van dapagliflozine?
Dapagliflozine is beschikbaar in tabletten van 5 mg en 10 mg. De dosering bij diabetes mellitus type 2 is 1 dd 10 mg. Bij ernstige leverfunctiestoornissen wordt dapagliflozine verminderd afgebroken, en is de startdosering 1 dd 5 mg, eventueel op te hogen naar 1 dd 10 mg.
De arts kan overwegen om bij het toevoegen van dapagliflozine aan insuline of een sulfonylureumderivaat zoals gliclazide de dosering van de insuline of het sulfonylureumderivaat – tijdelijk – te verlagen. Dit verkleint het risico op hypoglykemieën.
Bij diabetes mellitus type 1 bedraagt de dosering 1 dd 5 mg, in combinatie met insuline. De eerste dosering insuline na het starten met dapagliflozine wordt soms met 20% verlaagd en vervolgens aangepast aan de hand van de bloedglucosewaarden.1
Is de patiënt zijn tablet vergeten in te nemen en duurt het langer dan 12 uur tot de volgende dosis, dan kan hij de dosis alsnog innemen. Duurt het korter dan 12 uur, dan mag hij hem overslaan.4
De dosering bij chronisch hartfalen is 1 dd 10 mg, meestal in combinatie met andere geneesmiddelen. Bij patiënten met diabetes en hartfalen wordt dapagliflozine echter liever helemaal niet gebruikt.1
3 Wanneer mag dapagliflozine niet worden gebruikt?
Dapagliflozine mag niet worden gebruikt bij overgevoeligheid voor het middel.
Ook een patiënt met diabetes mellitus type 1 en een verhoogd risico op diabetische ketoacidose mag dapagliflozine niet gebruiken. Een verhoogd risico op diabetische ketoacidose is onder andere het geval bij een lage insulinebehoefte, een niet goed ingestelde insulinedosering of recente ketoacidose. Bij patiënten met diabetes mellitus type 1 zal de arts de ketonwaarden altijd controleren voorafgaand en tijdens de behandeling.
Omdat de nieren samen met glucose extra water uitscheiden kan de patiënt vaker of meer moeten plassen
Ook bij een patiënt met diabetes mellitus type 1 én hartfalen wordt dapagliflozine liever niet gebruikt.
De werkzaamheid van dapagliflozine is afhankelijk van de nierfunctie. Aan de ene kant remmen SGLT2-remmers de achteruitgang van de nierfunctie, maar aan de andere kant vergroten ze de kans op acuut nierfalen. Bij een verminderde nierfunctie met een geschatte creatinineklaring <30 ml/min wordt dapagliflozine niet meer gebruikt: het risico op nierfalen weegt dan zwaarder dan het verminderen van de achteruitgang van de nierfunctie.1
4 Met welke andere geneesmiddelen heeft dapagliflozine een interactie?
Dapagliflozine kan het vochtafdrijvende effect van diuretica versterken. De kans op dehydratie en hypotensie neemt daardoor toe.
Rifampicine kan de werking van dapagliflozine verminderen. Dapagliflozine kan de werking van simvastatine versterken. Het effect van beide interacties lijkt echter niet klinisch relevant te zijn, een aanpassing van de dosering wordt niet aangeraden.1,5
5 Welke mogelijke bijwerkingen heeft dapagliflozine?
Bij gebruik van dapagliflozine in combinatie met een sulfonylureumderivaat of insuline komt bij meer dan 10% van de gebruikers hypoglykemie voor. Bij monotherapie is dat 1 tot 10%. Een hypoglykemie is te merken aan hongergevoel, verwardheid, hoofdpijn, duizeligheid, beven, zweten en hartkloppingen. Controleer indien mogelijk de bloedglucosespiegel. Is deze te laag, geef de patiënt dan druivensuiker, suikerhoudende drank of boterhammen met zoet beleg.
Duizeligheid als bijwerking is het gevolg van een lagere bloeddruk. Dit komt vaker voor bij ouderen, of mensen die al een bloeddrukverlager gebruiken. Overleg met de arts als deze klachten aanhouden.
Doordat de urine bij gebruik van dapagliflozine meer glucose bevat, is er meer kans op infecties van geslachtsorganen, blaas en urinewegen
Omdat de nieren samen met glucose extra water uitscheiden kan de patiënt vaker of meer moeten plassen. Overleg met de arts als de patiënt dit als hinderlijk ervaart. In zeldzame gevallen verliest de patiënt zoveel vocht dat hij dehydrateert. Waarschuw een arts bij veel dorst, een droge mond, slaperigheid, een snelle hartslag en weinig plassen.
Dapagliflozine kan vooral bij diabetes mellitus type 1 leiden tot diabetische ketoacidose. Het lichaam gaat vetten verbranden om aan energie te komen. De afvalstoffen van de vetverbranding, de ketonen, verzuren het bloed. De verschijnselen ontstaan binnen enkele uren: een typische ademgeur, misselijkheid en braken, dorst, een snelle ademhaling en bewustzijnsverlies. Stop direct met dapagliflozine en waarschuw een arts of ga naar de eerste hulpdienst. De patiënt mag dapagliflozine niet meer gebruiken. Geef dit door aan de apotheek, zodat zij kunnen zorgen dat dapagliflozine niet meer wordt afgeleverd.
Dapagliflozine kan infecties veroorzaken aan de geslachtsorganen, blaas en urinewegen. Doordat de urine meer glucose bevat, kunnen bacteriën en schimmels makkelijker groeien. Overleg met de arts bij pijn bij het plassen of jeukklachten van de geslachtsorganen.1,4
Dit artikel is op feitelijke onjuistheden gecheckt door apotheker Annemieke Horikx van de Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering der Pharmacie (KNMP).
Nursing maakt gebruik van de informatie van de Kennisbank KNMP. Deze bevat de meest recente medicatie-informatie. Mogelijk komt deze niet overeen met het advies van het Farmacotherapeutisch Kompas (FK). Het FK neemt echter vooral bijsluiterteksten over, en die worden niet meteen aangepast.
Bronnen
- KNMP Kennisbank, geraadpleegd maart 2021
- Farmacotherapeutisch Kompas, geraadpleegd maart 2021
- NHG standaard Diabetes mellitus type 2, geraadpleegd maart 2021
- https://www.apotheek.nl/medicijnen/dapagliflozine, geraadpleegd maart 2021
- Forxiga®, samenvatting van de productkenmerken via geneesmiddeleninformatiebank.nl, geraadpleegd maart 2021
Dag van de Medicatieveiligheid
Op 5 oktober 2021 leer je in Ede tijdens De Dag van de MedicatieVeiligheid hoe je veilig en zelfverzekerd werkt met medicatie. Een greep uit het programma: onjuist gebruik van opioïden, hitteplan voor medicatie in snikhete zomers, overlijden door of met medicatie en de wisselwerking tussen voeding en geneesmiddelen. Meer informatie: www.nursing.nl/congressen
Toets je kennis
Zoek je verdieping in je vak, doe dan mee aan de Nursing Challenge: online kennistoetsen over 2 vakinhoudelijke artikelen
-
Iedere maand verschijnen in Nursing magazine en op Nursing.nl 2 artikelen waaraan een kennistoets is verbonden.
-
Het artikel over een verpleegkundig onderwerp is goed voor 2 accreditatiepunten, het medicijnartikel voor 1 punt. Per jaar kun je dus 33 accreditatiepunten halen (Nursing verschijnt 11 keer per jaar)
-
Alle toetsen staan online op www.nursing.nl/challenge
Win leuke prijzen!
-
Per maand wordt onder alle deelnemers een goodiebag verloot. De winnaars worden elke maand online bekendgemaakt.
-
Aan het eind van het jaar winnen de 3 beste deelnemers mooie prijzen
Voorbeeldvraag dapagliflozine
Omdat de nieren samen met glucose extra water uitscheiden, moeten patiënten die dapagliflozine gebruiken soms vaker of meer plassen.
Juist of onjuist?
De toets bij dit artikel is niet meer beschikbaar. Eerder behaalde accreditatiepunten blijven gewoon geldig.
NIEUW: de toetsen zijn nu ook beschikbaar via de Nursing Challenge app. Scan onderstaande QR-code