(Fotografie: Bert Jansen)
Verpleegkundig leiderschap begint met leider zijn van je eigen leven. Dat begint weer met je innerlijk vuur laten branden en brandend houden. En daarom geeft leiderschapscoach Harry Sonnenschein zijn lezing letterlijk rond een kampvuur.
Tekst: Naomi van Esschoten
‘Wie gaat er nou geld betalen voor rond het kampvuur zitten? Wat als het regent? Van kampvuur kun je toch je werk niet maken?’ Deze opmerkingen kreeg veranderkundige Harry Sonnenschein niet van bezorgde opdrachtgevers of collega’s, maar van zichzelf toen hij overwoog om vuur onderdeel te maken van zijn coachingswerk. ‘Het zijn belemmerende overtuigingen en die kunnen je behoorlijk in de weg zitten’, lacht hij. ‘Gelukkig heb ik die aan de kant gezet. Ik werk nu alweer een aantal jaar als natuurcoach en ‘fikkiestoker.’
Vuur en vlam
Want vuur blijkt niet alleen een mooie metafoor te zijn, maar vooral ook een praktisch instrument. ‘Als klein kind hield ik al van vuur en vlammen’, vertelt Sonnenschein. ‘Ook merkte ik hoe mensen rond een kampvuur al snel goede gesprekken voeren over zaken die er echt toe doen. Verder praat je makkelijker over zaken als ongemak, schuldgevoelens of schaamte. Tegelijkertijd is een vuur aanmaken en aanhouden iets dat we al duizenden jaren doen, maar steeds verder van ons af is komen te staan. Terwijl het ons als mens, maar ook als team of leider, juist zoveel brengt.’
Energielek
Ieder mens heeft namelijk vier soorten energie, die met elkaar samenhangen en interacteren. Samen zorgen ze voor een gezond brandend innerlijk vuur. ‘De eerste is cognitieve energie: ben je nog hongerig naar kennis en het opdoen van nieuwe vaardigheden? Ga je nog vaak naar nascholingen, en daag je jezelf uit om af en toe uit je comfort zone te stappen? Doe je dat te weinig, dan gaat je innerlijk vuur naar de waakvlamstand.’
Pleasen of freezen
De tweede energiestroom gaat over sociaal-emotionele energie: hoe ga je om met emoties? ‘Bij verpleegkundigen speelt er veel op de werkvloer’, schetst Sonnenschein. ‘Zowel met patiënten die heftige dingen meemaken als in de organisatie van de zorg. Emoties kunnen hanteren betekent dingen durven uitspreken, ook zaken die ongemak oproepen of je belemmeren. Maar veel mensen kiezen voor oude manieren van omgaan met moeilijke dingen, zoals vechten, vluchten, pleasen of freezen. Daarbij lekt je energie weg en dat dooft je vuur.’
Signalen van het lichaam
Ook fysiek kan er snel disbalans optreden. ‘Als er iets op je werk gebeurt, voel je dat vaak meteen in je lijf: je hebt buikpijn, lage rugpijn of gespannen schouders’, geeft Sonnenschein als voorbeeld. ‘Maar luister je ook naar dat signaal van je lichaam? Of zeg je tegen jezelf: stel je niet aan, slik het maar in, even je schouders eronder? Fysieke balans gaat ook over de verhouding tussen inspannen en ontspannen. Daarbij kun je denken aan sport, maar ook aan goede nachtrust en goede voeding. Hierbij geldt: doe je te veel aan inspanning en te weinig aan ontspanning, dan brandt je vuurtje snel op – en ligt een burn-out op de loer.’
Uit bed komen
Bij de eerste drie energiestromen brandt het vuur al, maar de laatste vraag bepaalt eigenlijk of je het vuur überhaupt aan hebt gemaakt. ‘De vierde stroom gaat over spiritualiteit of zingeving. Daarmee bedoel ik: Wat geeft je leven zin? Waar sta jij ’s morgens voor op? Het is een vraag die vaak niet zomaar is te beantwoorden: het gaat over je passie en drijfveer. Tot dat antwoord komen vraagt reflectie, soms gesprekken met anderen die goede vragen stellen of en misschien yoga of meditatie. Je hebt rust nodig om echt naar jezelf te luisteren en je innerlijk vuur aan te wakkeren.’
Naar het ongemak
Tijdens De kampvuursessies en natuurwandelingen die Harry Sonnenschein organiseert, krijgen verpleegkundigen dan ook géén snelle tips, concrete handvatten of quick fixes. Integendeel. ‘De bedoeling is niet dat ik mensen vertel wat ze nodig hebben. Je komt tot jezelf als je vertraagt, door te chillen bij het vuur in plaats van in de actiestand te staan. Pas dan ontdek je waar jouw ongemak en jouw belemmerende overtuigingen zitten. Aan het kampvuur ben je ook geen leider, fixer, regelaar of verpleegkundige, maar een lid van de groep. Je mag naar jezelf kijken en een kritische vriend zijn voor anderen. Je hoort over de kernelementen van vuur en hoe je pas leiderschap kunt tonen als je eigen innerlijke vuur goed en gezond brandt.’
Meer horen?
Harry staat regelmatig op het podium bij Nursing congressen >
Geef je reactie
Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account