Er zijn vier direct werkende orale antistollingsmiddelen (DOAC’s) beschikbaar: apixaban, dabigatran, edoxaban en rivaroxaban. Waar moet je op letten bij deze anticoagulantia? De toets bij dit artikel levert één accreditatiepunt op.
Dit artikel is verschenen in Nursing-magazine juli/augustus 2018
In deze Nursing Challenge over direct werkende orale anticoagulantia leer je:
1 wat het verschil is tussen direct werkende anticoagulantia en cumarinederivaten
2 wat de dosering is van direct werkende anticoagulantia
3 wanneer direct werkende anticoagulantia gecontra-indiceerd zijn
4 welke interacties er zijn met andere geneesmiddelen
De toets bij dit artikel is niet meer beschikbaar. Eerder behaalde accreditatiepunten blijven gewoon geldig.
illustratie: Bernet Ragetli
toets: Anna-Marie Mollink
Patiënten die orale antistolling nodig hebben, waren lange tijd aangewezen op acenocoumarol, fenprocoumon of warfarine (cumarinederivaten). Tien jaar geleden kwamen de eerste direct werkende orale anticoagulantia (DOAC’s), dabigatran en rivaroxaban, op de markt, een alternatief voor cumarinederivaten.
1 Wat is het verschil in werkingsmechanisme tussen DOAC’s en cumarinederivaten?
‘Direct werkend´ wil zeggen dat DOAC´s rechtstreeks invloed hebben op een van de stollingsfactoren, terwijl cumarinederivaten de aanmaak van stollingsfactoren remmen. Op dit moment zijn vier DOAC’s beschikbaar: apixaban, dabigatran, edoxaban en rivaroxaban. Inmiddels starten meer patiënten met een DOAC dan met acenocoumarol of fenprocoumon (zie ook vraag 8).
2 Waarvoor worden ze gebruikt?
Apixaban, edoxaban en rivaroxaban remmen de geactiveerde stollingsfactor Xa. Dabigatran remt trombine (stollingsfactor IIa).1 Daardoor neemt de kans op een trombo-embolie af. DOAC’s worden toegepast bij de behandeling en de profylaxe van trombo-embolieën. Bijvoorbeeld bij een trombose, bij atriumfibrilleren of na een hartinfarct of herseninfarct, om herhaling te voorkomen. Bij atriumfibrilleren worden DOAC’s inmiddels als gelijkwaardig alternatief beschouwd voor cumarinederivaten.2 Alle DOAC’s lijken even effectief te zijn.2
3 Wat is de dosering?
De dosering verschilt per indicatie en per middel. Voor de preventie van een trombo-embolie bij atriumfibrilleren gelden de volgende doseringen:5
Apixaban: 2dd 5mg
Dabigatran: 2dd 150mg
Edoxaban: 1dd 60mg
Rivaroxaban: 1dd 20mg
Bij matige tot ernstige nierfunctiestoornissen moet de dosering worden verlaagd.1, 2
4 Welke bijwerkingen hebben ze?
Net als cumarinederivaten verhogen direct werkende anticoagulantia de kans op een bloeding. Dat kan een bloedneus zijn, maar ook een ernstiger bloeding, die zich kan uiten als bloed in de urine, bloederige diarree, bloed spugen, bloed opgeven bij het hoesten, vaginale bloeding, bloeding uit het oog of een andere bloeding die niet wil stoppen. Waarschuw hierbij altijd een arts.
Een hersenbloeding komt zelden voor, en iets minder vaak dan bij cumarinederivaten. Een gastro-intestinale bloeding komt juist iets vaker voor.
Andere bijwerkingen zijn maagdarmklachten. Als deze klachten aanhouden, raadpleeg dan de arts. Bij gebruik van dabigatran kunnen slokdarmklachten ontstaan. De patiënt dient Dabigatran in te nemen met veel water en vervolgens 30 minuten lang rechtop blijven zitten of staan. Ook kan bloedarmoede of overgevoeligheid voor het DOAC voorkomen, of een leveraandoening. Dit laatste is te merken aan een opgezwollen buik of gele verkleuring van het oogwit of de huid. Waarschuw dan de arts.1, 4
5 Welke interacties zijn er?
Voor alle direct werkende anticoagulantia geldt dat gelijktijdig gebruik van NSAID’s en salicylaten de kans op een bloeding vergroot. Het bloedingsrisico neemt ook toe bij gelijktijdig gebruik van een SSRI (duloxetine en venlafaxine). Het gebruik van heparine, een laag-molecuulgewicht heparine of een cumarinederivaat is een contra-indicatie. Behalve tijdens overstappen van een direct werkend anticoagulans naar fenprocoumon of acenocoumarol. Dan worden beide middelen een paar dagen tegelijk gebruikt (zie kader). Combineren met heparine gebeurt alleen bij een centraal veneuze of arteriële katheter.1 Andere interacties verschillen per middel.1, 7, 8
6 Wanneer mogen DOAC’s niet worden gebruikt?
Overgevoeligheid, een actieve bloeding, een stollingsstoornis of aandoeningen die een risicofactor zijn voor een bloeding, zoals een maag- of darmzweer, zijn contra-indicaties voor alle direct werkende anticoagulantia. Een maagbeschermer zoals omeprazol verkleint de kans op een gastrointestinale bloeding.1 Dabigatran mag niet worden gebruikt door patiënten met een kunsthartklep, ook wel mechanische kunstklep genoemd.2
7 Moet een DOAC worden gestopt voor een operatie?
Bij ingrepen met een klein bloedingsrisico, zoals tandheelkundige ingrepen, is stoppen met het direct werkende anticoagulans niet nodig. Bij ingrepen met een matig (bijvoorbeeld laparoscopie) of hoog bloedingsrisico (zoals hartchirurgie) moet de patiënt 24 tot 72 uur voor de ingreep het gebruik staken. 24 tot 72 uur na de ingreep wordt het middel weer gestart, soms zelfs al binnen 8 uur.4
Meer punten verdienen?
Maak ook de andere Nursing Challenge toetsen, bijvoorbeeld over nadroparine (‘Fraxiparine’) of haloperidol.
8 Wanneer kiest de arts voor een cumarinederivaat en wanneer voor direct werkende anticoagulantia?
De keuze voor een cumarinederivaat of een DOAC maakt de arts samen met de patiënt op basis van het gebruiksgemak en veiligheidsprofiel. Een DOAC is minder geschikt voor mensen met een verminderde nierfunctie, kwetsbare ouderen en patiënten met een mogelijk slechte therapietrouw.2
Voordeel van een DOAC is dat het routinematig meten van het effect niet nodig is. Voor een goede werking is het wel belangrijk om de tabletten op een vast moment in te nemen en niet te vergeten.2 De direct werkende anticoagulantia zijn namelijk veel sneller uitgewerkt dan cumarinederivaten. DOAC’s veroorzaken zoals eerder vermeld minder vaak een hersenbloeding dan cumarinederivaten, maar bij ouderen vaker een gastro-intestinale bloeding.3
9 Wat als de patiënt een tablet is vergeten?
Als de patiënt met atriumfibrilleren een tablet niet op tijd heeft ingenomen, gelden de volgende adviezen: Edoxaban: op dezelfde dag de tablet direct innemen. Bij ontdekking de volgende dag, de dosis overslaan.
Rivaroxaban: bij 1dd 20mg bij ontdekking op dezelfde dag de tablet nog innemen.
Dabigatran: bij 2dd 150mg een gemiste dosis innemen tot zes uur voor de volgende dosering.
Apixaban: gemiste tablet innemen tot zes uur voor de volgendedosis. Vervolgens doorgaan met de volgende dosis op het normale tijdstip.1, 4
OVERSTAPPEN
cumarinederivaat > DOAC
Acenocoumarol: als de laatste INR ≤ 4, wordt acenocoumarol gestopt. De volgende dag start de patiënt met het direct werkende anticoagulans. Bij een INR >4 wordt de tweede dag gestart met het DOAC.
Fenprocoumon: twee dagen na stoppen met fenprocoumon wordt de INR bepaald. Het DOAC wordt gestart als de INR <2 is (edoxaban <= 2,5).
DOAC > cumarinederivaat
Het cumarinederivaat wordt eerst gestart. De patiënt gebruikt enkele dagen beide middelen. Bij een INR >= 2 wordt de DOAC gestopt.2
Geraadpleegde literatuur
- KNMP Kennisbank, via https://kennisbank.knmp.nl/, geraadpleegd mei 2018.
- NHG-standaard Atriumfibrilleren via www.nhg.org/standaarden/, geraadpleegd mei 2018.
- NHG standpunt Anticoagulantia via www.nhg.org/standaarden/, geraadpleegd mei 2018.
- Leidraad antistolling, via https://cvgk.nl/legacy/blog/bestanden/e45bd634979950876236250-Leidraad-NOAC.pdf, geraadpleegd mei 2018.
- Farmacotherapeutisch Kompas via www.farmacotherapeutischkompas.nl, geraadpleegd mei 2018.
- www.apotheek.nl, geraadpleegd mei 2018.
- http://medicine.iupui.edu/clinpharm/ddis/main-table, geraadpleegd mei 2018
- www.ge-bu.nl/artikel/geneesmiddeleninteracties-en-de-rol-van-pglycoproteine#interacties_en_p-glycoprote%C3%AFne, geraadpleegd mei 2018
Toets je kennis
Doe mee aan de Nursing Challenge: online kennistoetsen over twee vakinhoudelijke artikelen.
- Iedere maand verschijnen in Nursing magazine twee artikelen, waaraan een online kennistoets is verbonden
- Het gaat om een artikel over een verpleegkundig onderwerp en een medicijnartikel
- Toetsen (en artikelen) staan online op www.nursing.nl/challenge, en zijn alleen beschikbaar voor abonnees
- Per toets verdien je één of twee accreditatiepunten
- Per jaar kun je 33 accreditatiepunten verdienen (Nursing verschijnt 11 keer per jaar)
Win leuke prijzen!
- Per maand wordt onder alle deelnemers een goodiebag verloot
- Aan het eind van het jaar winnen de vijf beste deelnemers mooie prijzen
- De winnaars worden elke maand online bekendgemaakt
Voorbeeldvraag direct werkende orale anticoagulantia
Er zijn vier direct werkende anticoagulantia, een alternatief voor cumarinederivaten. Wat is het werkingsmechanisme van direct werkende anticoagulantia (DOAC)?
A Ze remmen het samenklonteren van bloedplaatjes
B Ze hebben invloed op een van de stollingsfactoren
C Ze hebben invloed op de aanmaak van trombocyten
D Ze remmen de aanmaak van stollingsfactoren
De toets bij dit artikel is niet meer beschikbaar. Eerder behaalde accreditatiepunten blijven gewoon geldig.